Algemeen

Benzine-injectie (of benzine-inspuiting ) is de opvolger van de carburateur, hierbij word onder hoge druk benzine in het inlaatkanaal naar de inlaatklep gespoten.
In de kop van de injector zitten kleine gaatjes waar de benzine doorheen geperst wordt. In de injector zit een sterke elektromagneet welke heel snel en nauwkeurig in enkele tienden van seconden een klepje open en dicht kan doen waardoor er benzine door de injectorkop naar buiten kan spuiten.

Dit is een simpele voorstelling hoe benzineinjectie werkt, in werkelijkheid word het tijdstip en de tijdsduur van inspuiten door een computer bepaald (Electronic Control Unit). Deze ECU stuurt ook de ontsteking.

De ECU krijgt ook een heleboel informatie binnen van diverse punten in en rond het motorblok zoals: 

• Inlaatlucht in het luchtfilterhuis 

• Watertemperatuur 

• Oliedruk 

• Nokkenaspositie 

• Stand van gasklep (TPS) 

• Sensor op de krukas 

• Diverse luchtdruksensoren zoals onderdruk in het inlaatkanaal en de buitenluchtdruk. 

• Lambda sensor in de uitlaat (niet altijd aanwezig)    

 

 

Wat is er mogelijk?

Om het programmeren van het injectiesysteem zo nauwkeurig mogelijk uit te voeren is de testbank een onmisbaar stuk gereedschap.
De moderne motorfiets is meestal voorzien van elektronische benzine injectie in plaats van carburateurs.
Om met deze techniek de afstelling te kunnen veranderen zal de programmering van de injectiecomputer (ECU) moeten worden aangepast, dit is bij de meeste motorfietsen door de fabriek helemaal afgeschermd waardoor de enige mogelijkheid is om een programmeerbare module te monteren. Deze module wordt d.m.v. stekkers in de bedrading aangesloten. 
In deze module zijn dan een of meerdere tabellen (maps) aanwezig die kunnen worden geprogrammeerd.

De bekendste module die toegepast wordt is de Power Commander van Dynojet.

Een andere uitvoering is de Rapid Bike van Dimsport.

Voor de meeste Suzuki motoren is het mogelijk om de afstelling direct in de ECU te wijzigen d.m.v. de Yoshimura tuner.